Spanje | Lanzarote – Playa Blanca

Vriend Erwin verrast mij met een weekendje weg. We gaan niet naar een suf huisje in Drenthe of naar een hip hotel in Amsterdam, nee, we vliegen naar de zon! We gaan naar een vulkanisch eiland in de Atlantische Oceaan, vlak voor de kust van Marokko. Het eiland met het nationale park Timanfaya en de Papagayostranden. Het eiland van de kunstenaar/architect César Manrique. Het eiland waar zout wordt gewonnen in de Salinas de Janubio en waar in de wijnstreek La Geria van de Malvasiadruif erg lekker wijntjes worden gemaakt. We gaan naar Lanzarote!

Na een vlucht van drieëneenhalf uur worden we door het enthousiaste team van EasyJet afgeleverd op Arrecife Airport, Lanzarote. Als we door de klapdeuren van het vliegveld naar buiten stappen worden we bijna uit onze kleren geblazen. Het waait een halve storm. We schuilen in een bushokje en wachten op buslijn 161 die ons naar Playa Blanca gaat brengen. We kopen twee buskaartjes voor € 6,60 en genieten van de prachtige reis langs de kust, via Yaiza naar Playa Blanca.

Lanzarote is een bijzonder en apart eiland. Opvallend aan het landschap is de zwarte lavabodem, de vele groene vetplanten en de kleine witte huisjes met groene kozijnen.
Van 1 september 1730 tot april 1736 werd Lanzarote voor een groot deel overstroomd met lava. De vuurbergen, de Montañas del Fuego, spuwden hun lava uit over het eiland drie kilometer buiten het dorpje Yaiza. Oude en nieuwe vulkanen bleven zes jaar lang lava spuwen. Een tiental dorpen verdwenen onder een dikke laag lava.
Hoe dat er uitziet is te zien in het Parque Nacional de Timanfaya, aan de westkant van Lanzarote.

Als we uit de bus stappen in Playa Blanca merken we dat de wind aan deze kant van het eiland lang zo heftig niet waait. Het zonnetje schijnt, het is heerlijk. Om te vieren dat we in Lanzarote zijn, en omdat het lunchtijd is, besluiten we om een terras op te zoeken waar ze tappas serveren. We ploffen neer bij Bodegon Las Tapas aan de Avenida Maritima. De ober brengt ons een koel glaasje rosé en daarna komen de volgende tappasgerechten op tafel; puntillas (inktvisjes), champiñones Ajillo (champignons in olijfolie), albondigas (gehaktballetjes in tomatensaus), choco plank (inktvis) en Spaans brood dik besmeerd met tomate catalana (tomatenspread).

Na al dat lekkers lopen we nog even een stukje over de Avenida Maritima, een boulevard die langs de hele kust van Playa Blanca loopt met winkeltjes en terrasjes aan de ene kant en de ruige zee aan de andere kant. Prachtig!

Rond drie uur zoeken we ons hotel op en checken we in. In de hal van het hotel, het Iberostar Lanzarote Park, worden we hartelijk ontvangen. Aan de receptie moeten we wat gegevens achterlaten en terwijl de receptioniste die verwerkt worden we in een heerlijk loungebank gedropt met een broodje besmeerd met tomate catalane en een heerlijk glaasje bubbels. Daarna worden we naar onze kamer gebracht die er prima uitziet. De kamer is ruim, licht en leuk ingericht en met een flink balkon. Leuk detail aan onze kamer zijn de vetplanten en cactussen die zo kenmerkend zijn voor Lanzarote. Boven ons bed hangt een foto met daarop geiten tussen enorme cactussen en de glazen wand in de douche is beplakt met enorme afbeeldingen van aloë vera.

Voor het avondeten ploffen we neer bij Restaurante Casa Joaquin, nog geen kilometer vanaf ons hotel. We bestellen een flesje vino bianco Yaiza Malvasía Volcánica, een witte wijn die gebotteld is in een prachtige taps toelopende blauwe fles.

Als voorgerecht nemen we Pimientos de Padrón, gebakken milde Spaanse pepertjes bestrooid met grof zout. Erg lekker om mee te beginnen. Erwin neemt de pescado fresco del dia, gestoofde zalm en ik kies voor een gemengd visgerecht wat er een beetje kunstmatig uitziet maar wat heerlijk is. Tijdens het eten worden we vermaakt door een stelletje obers die enorm veel plezier hebben en wij daardoor ook. Er wordt goed op ons gepast.

Als we uitgegeten zijn krijgen we van “het huis” een glaasje Ronmiel: honingrum. Ronmiel wordt geproduceerd uit suikerriet, heeft een alcoholpercentage tussen de 20-30 procent en bevat minimaal 2% honing. De smaak is zacht en zoet, het heeft een lichte honinggeur en is goudkleurig en erg lekker. Ronmiel wordt in verschillende varianten aangeboden.

Follow my blog with Bloglovin

You Might Also Like